Kaarten aan de wand

Er zijn gelijktijdig 3 tentoonstellingen over landkaarten te zien, met 3 keer een eigen verhaal. Een rondreis.

In een kast in mijn ouderlijk huis zaten twee laatjes. In de ene lagen sigaren. In de andere al even ouderwetse voorwerpen: landkaarten en plattegronden. Als ik ergens naartoe wilde, rommelde ik door deze la. Bijna altijd vond ik dan wel de juiste Falkplan-plattegrond.

Een ding ergerde mijn vader mateloos over zijn verzameling. De uitgevers zetten wel trots op de voorkant van iedere kaart welke druk het betrof, maar niet in welk jaar de kaart was samengesteld. Hij zocht het op in de kleine lettertjes weggestopt in een hoekje van de kaart, en stiftte het jaartal op de omslag.

3 tentoonstellingen: teken van nostalgie?

Het is inmiddels nostalgie. Niet alleen de kaarten in het laatje, maar ook het gerommel met de jaartallen. Want nu kaarten bijna allemaal digitaal tot ons komen, zijn er geen edities meer. De kaarten worden continu aangepast. Daarmee is de romantiek ook een beetje verdwenen. Het langzaam uiteenlopen van het kaartbeeld en de werkelijkheid, het vastgelegde verleden, we worden er niet meer mee geconfronteerd. We zitten in een continu hier en nu.

Als kaarten een nostalgisch product zijn geworden, is het niet zo vreemd, dat er op dit moment 3 tentoonstellingen aan zijn gewijd:

De ondertitels geven al aan dat de 3 tentoonstellingen elk een andere invalshoek hebben. Het Allard Pierson focust op de cartografische aspecten, Museum Volkenkunde toont wat de kaarten beogen en het Nationaal Archief laat zien wat de kaarten ons vertellen over het verleden. Het heeft alles te maken met de bronnen waar ze uit putten.

Allard Pierson: Open kaart

Gert Jan Kocken, Depictions of Amsterdam 1940-1945 (detail)

Zo is de Open Kaart in het Allard Pierson ook een jubileumtentoonstelling voor het 150-jarige Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap, nu een vakvereniging, vroeger vooral de stuwende kracht achter wetenschappelijke expedities naar de witte vlekken op de kaart. Geen wonder dat in het archief veel bijzondere kaarten te vinden zijn.

De tentoonstelling kent een indrukwekkende binnenkomer: Depictions of Amsterdam 1940-1945, een werk van Gert Jan Kocken uit 2015. Hij heeft verschillende Amsterdamse kaarten uit de Tweede Wereldoorlog over elkaar geprojecteerd: van het verzet, van de geallieerden, van de Duitse bezetter, en (meest schokkend) de stippenkaart waarop voor iedere 10 joodse inwoners een stip. De kaart van Kocken geeft in zijn gelaagdheid aan hoe er in hectische tijden door verschillende partijen op verschillende manieren naar de geografische ruimte gekeken wordt. Een werk waar je naar kunt blijven kijken.

Vervolgens zoomen we zaal voor zaal zoomen uit: van Amsterdam (met de grootse uitbreidingsplannen in verschillende eeuwen), Nederland (met veel aandacht voor de waterhuishouding), Europa (met de geografische gevolgen van de verschillende oorlogen en de rol van propaganda), de wereld (en haar rijkdommen) en ten slotte de Nederlandse koloniën. Juist daar blijkt maar weer hoezeer cartografie een eigen vorm van verovering is. In kaart brengen is in bezit nemen. Zie alleen maar de kadastrale uitstraling van de overzichtskaarten van de Surinaamse plantages.

Dan nog is de tentoonstelling niet afgelopen. Want in samenwerking met Tom Tom volgt nog een zaal over de toekomst van de cartografie. Kaarten worden steeds meer een database van gegevens, waarbij de locatie slechts de drager is. Ook is er werk van een aantal kunstenaars te zien die zich laten inspireren door kaarten, zoals de van de Zachte atlas van Amsterdam bekende Jan Rothuizen.

Het maakt het tot een uitgebreide tentoonstelling waarin veel aspecten van het kaartkunde uitgelicht worden. Heel interessant, maar misschien wat afstandelijk.


Open kaart – van atlas tot streetmap in het Allard Pierson Museum in Amsterdam (tot en met 16 juli 2023)

Museum Volkenkunde: Kaarten

Biddy Long Nungarrayi (1932-); Bush Turkey Dreaming; Australië; ca. 2005.

De toon bij Kaarten in Museum Volkenkunde is meer bevlogen. De tentoonstelling, die vooral gevoed wordt door werken uit de Leidse universiteitsbibliotheek, is ingedeeld op functie. Van navigatie, naar ordening, tot propaganda. Met daarbij nog voorbeelden van het ordenen van kennis in de vorm van een landkaart. Vaak is de onderliggende vraag: wat is de (geheime) bedoeling van de kaartenmaker.

De tentoonstelling heeft bijzondere stukken. Zoals de kaarten waarop Argentinië en China zich op papier gebieden toe-eigenen. Of de droomkaart van de Australische aboriginals. Of de (deels gefantaseerde) kaart van het binnenste van de aarde. Het is een tentoonstelling waar je mooie voorbeelden te zien krijgt, maar die wel wat fragmentarisch is.


Kaarten: navigeren en manipuleren in Museum Volkenkunde in Leiden (tot en met 29 oktober 2023)

Nationaal Archief: Op de kaart

Jan van Scorel, ‘Concept van de Bedijkingen van de Zijpe over lange jaeren gedaen’ (detail, midden 16e eeuw)

Deze valkuil omzeilt het Nationaal archief bij Op de kaart door zich nog meer te focussen. Het kostte me aanvankelijk wat tijd om de opbouw te doorgronden, maar uiteindelijk sprak me het wel aan. De tentoonstelling is ingedeeld in 3 thema’s: Op weg, Kaarten en kolonialisme, en Maakbaar Nederland. Binnen die thema’s wordt een aantal voorbeelden uitgewerkt. Zoals de aanleg van de infrastructuur onder Koning Willem I, de zoektocht naar de goudmijnen van Monomotapa in zuidelijk Afrika en de bescherming van de duinen. Her en der liggen ook voorwerpen en documenten uit het archief, die een brug slaan tussen de kaarten en het daadwerkelijke verleden. In videofragmenten vertellen betrokkenen over de emotionale waarde die verbonden is aan wat door de kaarten is weergegeven. Door deze aanpak worden de kaarten duidelijker in hun context geplaatst dan bij de andere tentoonstellingen.

Dan hebben we het nog niet eens over de kaarten zelf. Waar in Amsterdam en Leiden vooral gedrukte kaarten te zien zijn, toont het Nationaal Archief veel unieke manuscripten. Bijvoorbeeld het ontwerp door de schilder Jan van Scorel voor de bedijking van Noord-Holland. Een tien meter handgetekende kaart van het duingebied in Zuid-Holland uit 1828. De kaarten die de Javanen maakten van het vulkanengebied. De ontwerpen van de uitbreidingen van Rotterdam en de drooglegging van de Haarlemmermeer. Je blijft ernaar kijken.


Op de kaart: kijk met kaarten naar de wereld van toen en nu in het Nationaal Archief in Den Haag (tot en met 22 oktober 2023)

Waarheen?

“We nemen wat op de kaart staat vaak voor waarheid aan” staat aan het begin van de tentoonstelling in het Nationaal Archief. Vaak ten onrechte, want kaarten zijn allemaal gemaakt vanuit een bepaald perspectief, en met een bepaald doel. En met een doelgroep (de reiziger, de achterblijver, de dromer, de investeerder), voeg ik eraan toe.

De 3 tentoonstellingen maken dat, ieder op hun eigen manier duidelijk, en vullen elkaar daarin mooi aan.

Het schijnt toeval te zijn, dat er in 3 musea tegelijk aandacht aan kaarten besteed wordt. Dat is misschien wel jammer. Met een gezamenlijke afstemming en profilering was er nog wel meer uit te halen geweest. 3 nog duidelijker afgebakende invalshoeken hadden het verhaal nog overtuigender kunnen vertellen, en de exposities onder de aandacht kunnen brengen.

Als je me vraagt: “Waar moet ik naartoe?”, dan zeg ik: “Als het kan naar alle 3.” Want iedere tentoonstelling heeft zijn eigen kracht, en overal zijn prachtige voorbeelden te zien. Als je de tijd en de zin hebt is een rondgang zeker de moeite waard.

Als dat teveel van het goede is, dan is het goed om te weten dat de tentoonstelling in Leiden vrij beperkt van opzet is. Leuk als je ook nog andere dingen wil zien in Volkenkunde of elders in Leiden. Die in het Allard Pierson is het grootste en het veelomvattendst. Ik was uiteindelijk het meest onder de indruk van de tentoonstelling in het Nationaal Archief vanwege de unieke exemplaren. Maar bij geen van de 3 grijp je mis.

Moderne kunst moeilijk? Dus niet.

De tentoonstelling Brave New World in de Fundatie in Zwolle liet me zien dat je niet ingewikkeld hoeft te doen over moderne schilderkunst. En het gaf me antwoord op de vraag: waarom eigenlijk schilderen?

Schilderen is een omslachtige bezigheid. Tussen idee en resultaat zit een lange weg van uitvoering. Waarom je zoveel moeite getroosten, als je tegenwoordig zoveel makkelijker beelden kan maken? Deze vraag drong mij zich op bij de tentoonstelling Brave New World in De Fundatie in Zwolle. Schrijver en kunstcriticus Hans den Hartog Jager laat er werk zien van 16 vooraanstaande schilders van onder de 40, van over de hele wereld.

Op die vraag ‘Waarom schilderen’ lijkt de tentoonstelling geen eenduidig antwoord te geven. Daarvoor is de variëteit te groot. De bijna naïeve weergave van zijn homoseksuele leven door Louis Fratino. De plastische weergave van het zware Colombiaanse leven door Raquel van Haver. De geometrische weergave van vrouwelijkheid door Loie Hollowell. De sprookjesachtige verbeelding van Sanya Kantarosky. Het directe werk van de Braziliaan Antonio Obá. De wonderlijke landschappen van Marina Rheingantz. De abstractie van Anh Trãn. De weelderige patronen van Portia Zvavahera.

Lees verder “Moderne kunst moeilijk? Dus niet.”

De ontregelende kracht van Cézanne

Een enkel stuk fruit was genoeg om me van mijn stuk te brengen. Over Cézanne in de Tate Modern.

Als ik Rembrandt zeg, waar denk je dan aan? En Picasso, Van Gogh, Vermeer? Dikke kans dat je dan de Nachtwacht voor ogen ziet, Guernica, de Zonnebloemen, het Meisje met de parel.

En Cézanne?

Bij Cézanne weet ik het niet. En dat is tekenend, want zijn werk mikt niet op een heftige indruk. Hij schilderde stillevens, landschappen, verstilde mensen. Onderwerpen die op het eerste gezicht weinig tot de verbeelding spreken.

Pas als je langer kijkt, beginnen zijn doeken te leven. Zo sterk, dat het verschillende keren een stevige emotie bij me opriep. Ooit liep ik het Metropolitan Museum of Art in New York uit, omdat een Cézanne me te veel geworden was. Ik moest een luchtje scheppen.

Lees verder “De ontregelende kracht van Cézanne”

Weerzien met een liefdevol portret

Vandaag zag ik haar weer, Hendrickje Stoffels, Geliefde van Rembrandt, rond 1655 door hem geportretteerd. Althans, het wordt algemeen verandersteld dat zij te zien is op dit doek in de Londense National gallery.

Hendrickje zit op een stoel. Ze heeft een warme bontmantel aan, die opmerkelijk ver openvalt. Een gouden ketting en kostbare oorbellen sieren haar. Ze zit ontspannen in de stoel. Haar houding lijkt hautain en liefdevol tegelijk. Ze is niet meer het dienstmeisje van weleer. Zie ik in haar linker oog, verscholen in het donker, haar zorg voor de toekomst? Een paar jaar later zou Rembrandt failliet gaan, en zou zij de touwtjes in handen nemen. Maar vooral zie ik Rembrandts eerbetoon voor de vrouw die zijn leven en werk mogelijk maakt.

Lees verder “Weerzien met een liefdevol portret”

Vermeer: stop de tijd

Het slaat natuurlijk nergens op, zo’n overzichtstentoonstelling van Vermeer. Waarom je hem toch niet kan missen.

Het slaat natuurlijk nergens op, zo’n overzichtstentoonstelling. De werken van Vermeer zijn helemaal niet bedoeld om achterelkaardoor bekeken te worden. Het zijn doeken die herhaalde en langdurige aandacht verdienen. Pas dan geven ze hun geheimen prijs.

En toch kun je de grote Vermeer-tentoonstelling in het Rijksmuseum niet missen. Al is het maar, omdat het altijd een feest is om oude bekenden te zien, zoals het Meisje met de parel uit het Mauritshuis en Het melkmeisje uit het Rijksmuseum. Maar echt bijzonderder is het nu eens die doeken te zien die je alleen van reproducties kent, uit Washington, New York, Berlijn, Tokyo. Want pas oog in oog zie je de prachtige kleuren en de subtiele details echt.

Lees verder “Vermeer: stop de tijd”

Koninklijk borduren

De 200 jaar oude Chinese gordijnen van Huis ten Bosch zijn aan vervanging toe. Samen met de nieuwe gordijnen zijn ze te zien in een mooie tentoonstelling in het Textielmuseum in Tilburg.

Links een sjiek stenen huis waarin een wisselkantoor gevestigd is. Rechts een vervallen lemen huis (de bamboestaken steken door de muur heen) waarin gegokt wordt. Het is een van de vele geborduurde voorstellingen op de Chinese gordijnen uit het Huis ten Bosch, die nu te zien zijn bij de tentoonstelling Koninklijk borduren in het Textielmuseum in Tilburg. En hoewel de gordijnen hun beste tijd gehad hebben, is het nog steeds te zien hoe geraffineerd de voorstellingen zijn, hoe genuanceerd de textuur en de kleurschakeringen. Er zijn prachtige voorstellingen op te zien van het dagelijkse leven in China, van vogels, huizen en bruggen, van boeren, vissers en handwerkers.

Detail van de Chinese gordijnen met wisselkantoor en gokhuis.
Lees verder “Koninklijk borduren”

New York in slow motion

In de Kunsthal Helmond is de fototentoonstelling Walker Evans Revisited te zien. Hoogtepunt voor mij was de film Street van James Nares, waar je tergend langzaam door de straten van Manhattan gevoerd wordt.

Stapvoets trekt de camera langs het New Yorkse trottoir. De mensen lijken stil te staan of bewegen traag.

We kijken naar de film Street van James Nares uit 2011. Hij gebruikte een highspeedcamera (waar je ook zo mooi vallende druppels mee kunt filmen) vanuit een auto. Van de maximaal 6 seconde durende shots monteerde hij een film van een uur. Begeleid door lome gitaarmuziek van Thuston Moore (van Sonic Youth)

Lees verder “New York in slow motion”

De mooiste tentoonstellingen van 2022

65 keer liep ik dit jaar een Nederlands museum binnen. 65 keer liep ik weer voldaan naar buiten. Je kunt in dit land gerust iedere week naar een mooie tentoonstelling. Wat sprong eruit?

65 keer liep ik dit jaar een Nederlands museum binnen. 65 keer liep ik weer voldaan naar buiten. Je kunt in dit land gerust iedere week naar een mooie tentoonstelling. Wat sprong eruit (in chronologische volgorde)?

Kunstmuseum Den Haag: Paula Rego

Schilderij door Paula Rego van een vrouw die in verslagen houding ligt op een rode stoffen ondergrond.
Paula Rego, Love (1995)


Net voor haar overlijden wijdde het voormalige Gemeentemuseum (ik blijf het maar zo noemen) een overzichtstentoonstelling aan deze Britse grand dame met Portugese wortels. Mooi om te zien hoe haar werk steeds indrukwekkender werd. En een goed voorbeeld hoe doeken pas beginnen te leven als je ze in het echt ziet. De diepte en plasticiteit van haar pastels is betoverend. Koppel het aan haar verhaal over macht in alle facetten, en je verlaat overdonderd de zalen. Ik probeerde daarna nog de Mucha-tentoonstelling in hetzelfde museum te bekijken, maar dat ging echt niet. De Rego-ervaring was zo overweldigend, dat er geen Mucha-zoet meer bij kon.

Lees verder “De mooiste tentoonstellingen van 2022”

Tentoonstellingen waar muziek in zit

Twee tentoonstellingen over muziek met een prominent als blikvanger in de Nederlandse musea. In het Haagse Huis van het boek is Ruud de Wild, Songbook te zien. Shirma Rouse is op haar beurt het gezicht van Gospel. Muzikale reis van kracht en hoop in het Utrechtse Catharijneconvent. Waar ik bij de ene tentoonstelling de bemoeienis geslaagd vond, leidde die bij de andere alleen maar af.

Acht eeuwen Nederlands lied

De tentoonstelling Ruud de Wild, Songbook in het Huis van het boek heeft als ondertitel ‘Reis door de geschiedenis van het Nederlandse lied´. Daar is geen woord teveel over gezegd. De basis is de unieke collectie van de Nederlandse Liederenbank, een databank waarin 180.000 liederen beschreven zijn, aangevuld met prachtig materiaal uit de Koninklijke Bibliotheek en het Allard Pierson Museum. Je kijkt je ogen uit bij de unieke drukken, zowel in de tentoonstelling als in het begeleidende boek. Zeker bij het materiaal van voor de 20ste eeuw, toen muziek alleen in schrift vastgelegd kon worden.

Lees verder “Tentoonstellingen waar muziek in zit”

Ouders @ Fotomuseum Den Haag

Ik wilde de tentoonstelling Ouders in het Fotomuseum Den Haag objectief bekijken. Dan kan natuurlijk niet.

Iedereen heeft ze. Haast iedereen kent ze of heeft ze gekend: ouders. Een universeler thema is bijna niet denkbaar voor de lopende tentoonstelling in het Fotomuseum Den Haag (tot en met 13 november 2022).

Zo veel kinderen, zoveel ouders, zou je kunnen denken. Maar er is een rode draad te zien.

De blik.

Lees verder “Ouders @ Fotomuseum Den Haag”